Kinderen kunnen een achterstand in de spraakontwikkeling hebben (ze spreken bijvoorbeeld bepaalde letters niet goed uit), maar ook volwassenen kunnen problemen hebben met de articulatie. Bij de ziekte van Parkinson of Multiple Sclerose bijvoorbeeld, kunnen uitspraakproblemen voorkomen.
Bij sommige kinderen is de mondmotoriek niet goed ontwikkeld. Dit kan ontstaan door bijvoorbeeld duimzuigen/speenzuigen. Sommige kinderen hebben hierdoor moeite om in rust de mond te sluiten. Daardoor kunnen kinderen vaker verkouden zijn dan gemiddeld en er kunnen problemen met de spraak ontstaan.
Een goed gehoor is erg belangrijk voor de communicatie. Als kinderen niet goed horen, kan dat (ernstige) gevolgen hebben voor de spraak- en taalontwikkeling.
Om een zuiver geluid te kunnen produceren maakt men gebruik van o.a. een koppeling van de ademing en het trillen van de stembanden. Door verkeerd stemgebruik kunnen de stembanden beschadigen en krijgt men een schorre of hese stem.
Kinderen leren de moedertaal allemaal in hun eigen tempo. Toch zijn er kinderen die een achterstand in hun taalontwikkeling hebben. In vergelijking met leeftijdsgenootjes heeft het kind bijvoorbeeld een te kleine woordenschat, maakt het kind nog geen zinnetjes, haalt de volgorde van woorden in de zin door elkaar of spreekt woorden verkeerd uit.